top of page

Het evenwicht 

Om de balans te kunnen handhaven beschikt het lichaam over twee evenwichtsorganen. Deze bevinden zich in het binnenoor en vormen samen met het slakkenhuis het labyrint. Het evenwichtsorgaan is met vloeistof gevuld  en aan de binnenkant met haarcellen bekleed. Een verandering in de stand van het hoofd brengt de vloeistof in beweging, waardoor de haarcellen worden gestimuleerd en er zenuwprikkels naar de hersenen worden verstuurd. Die verschaffen informatie over hoe het hoofd zich in de ruimte ten opzichte van de zwaartekracht bevindt. Op die manier worden draaibewegingen en lineaire versnellingen gemeten, waardoor de juiste spieraanpassingen kunnen plaatsvinden om de balans te bewaren. De ogen en proprioceptie spelen naast het evenwichtsorgaan ook een rol bij het bewaren van de balans en kunnen evenwichtsproblemen deels compenseren. Als de balans met gesloten ogen moeilijker bewaard kan worden, wijst dat op problemen met het evenwichtsorgaan.

balancing

Het evenwichtsorgaan is ook via de Vestibulaire Oculaire Reflexboog (VOR) verbonden met de ogen en zorgt voor beeldstabiliteit. Bij hoofdbewegingen blijft het beeld op het netvlies stabiel. Als je bijvoorbeeld naar je vinger kijkt en vervolgens hoofdbewegingen maakt, kan je je vinger scherp blijven waarnemen. Anderzijds kan je je vinger niet scherp waarnemen wanneer je je hoofd stil houdt en je vinger beweegt.

Ten slotte functioneert het evenwichtsorgaan ook als een innerlijk kompas om ons een ‘centrum gevoel' te geven. Daardoor kunnen we verschillende richtingen onderscheiden en ons oriënteren in de ruimte.

Wat zijn mogelijke signalen bij evenwichtsproblemen?

  • Slechte balans

  • Slechte spierspanning

  • Moeilijkheden met beeldstabilisatie

  • Vertraging motorische mijlpalen: bv. zitten, kruipen, lopen,…

  • Mismatching tussen zintuigelijke systemen  

  • Reisziekte

  • Afkeer van hoogtes, schommels, draaimolens, roltrappen en liften of;

  • Moeite met stilzitten, overmatig wiebelen, snel draaien en ondersteboven hangen

  • Gemakkelijk gedesoriënteerd

  • Moeilijkheden met ruimtelijke oriëntatie en richtingen 

  • Moeilijkheden met lezen, schrijven en/of rekenen 

bottom of page